Aagje is dol op oude kookboeken, en gelukkig vangen we regelmatig prachtige exemplaren die de tijd – en opruimrondes – hebben weten te doorstaan. Ze zijn reuze leerzaam; zo ontdekten we in Das Elektrische Kochen dat Onkel Ecki uit Duitsland ons schonk, dat asperges al in 1954 in de oven werden bereid. Leek ons nou zo hedendaags! Dergelijke boeken herbergen natuurlijk vaak ook rare of vieze dingen, zoals Kohlpudding, die 1,5 uur in de oven moest. Of wat dacht je van Leberknödel met Nierfett? Setzmilch mit Zwieback? (‘1 liter zure melk laten opstijven en serveren met brokjes toast en suiker.’ Dear lord!) Maar zeker voor bakrecepten zijn deze oudjes vaak een prima bron, net als voor ‘ouderwetse’ producten als mispels.
Tante Helli uit Berlijn bracht bij een recent bezoek een ‘zelfgemaakt’ kookboek van haar moeder mee. Een dik schrift met harde kaft, waarin knipsels werden ingeplakt (doen mensen dat nog?), al hield oma zich voor geen meter aan de indeling die Helli voor haar had bedacht. Zo begint het hoofdstuk ‘Spaghetti’ met Rhabarberauflauf en het hoofdstuk vis met Sachertorte. Ook leuk: instructies voor hoe je een avocado moet eten. Toch gaan we de Walnotentaart en de Scampi-Auflauf zeker eens proberen, want ook vijftig jaar later (!) klinkt dat heerlijk….
Maar wat we nou het aller, allerleukst aan dit soort boeken vinden? De foto’s en de vormgeving. Zeg nou zelf, dat kapsel is toch fenomenaal! [MT]