We ronden onze 'Kartoffeltriologie' vandaag af met een recept voor hartige Kartoffelpuffer. Ja, dat hartig mag er best voor, want in de Duitse keuken vind je ook aardappelkoekjes met zoet beleg, in het bijzonder: appelmoes. Raar? Ach, niet gekker dan pannenkoeken met stroop en spek – zoet en hartig kunnen een geweldige combinatie opleveren. Maar wij eten onze Puffeer toch het liefst zo: met een dot crème fraîche en zalm. Guten Appetit!
ca. 20 stuks
1,2 kg bloemige aardappelen
1 ei, losgeklopt
2 takjes tijm, enkel de blaadjes
zout, peper
2 el zonnebloemolie
1 el boter
100 g crème fraîche
2 tl melk
1 knoflookteentje
80-100 g gerookte zalm
paar sprietjes bieslook
1. Schil de aardappelen, was ze en rasp ze middelgrof boven een kom. Vermeng de rasp met het ei en breng krachtig op smaak met tijm, zout en peper. Verwerk de aardappelrasp altijd meteen, want aardappel verkleurt snel en oogt en smaakt dan niet lekker meer.
2. Verwarm wat van de olie en boter* in een zware koekenpan op middelhoog vuur. Schep steeds 1 el van de aardappelrasp in het hete vet en druk meteen plat met de achterkant van een lepel of een spatel. Als je een wat ruimere koekenpan hebt, kun je 2-3 koekjes per keer bakken. Bak de aardappelkoekjes ca. 10-12 min. aan elke kant tot ze binnenin gaar en aan de buitenkant knapperig; druk regelmatig goed aan met de spatel en pas goed op dat ze niet verbranden. Neem uit het vet en laat uitlekken op keukenpapier. Herhaal dit tot alle aardappelrasp op is; houd de gebakken koekjes zolang warm in de oven (dek ze niet af, dan worden ze zacht!).
3. Roer de crème fraîche glad met de melk, pers het knoflookteentje erboven uit en breng op smaak met zout en peper uit de molen. Serveer de koekjes met de crème fraîche en wat sliertjes zalm en garneer met bieslook.
* Door zowel olie als boter te gebruiken, bakken de koekjes minder snel aan en voorkom je dat de boter te bruin wordt. Kijk per lading Puffer of je nog wat vet in de pan moet doen.
© foto uitg. aagjeblok