Een grote stol bakken – het is best een onderneming. Wie liever iets kleiners heeft, maakt Stollenkonfekt, een soort eenhapsstolletjes. Zo ontzettend lekker! De truc is het boter- en poedersuikerbad aan het eind – sla dat dus niet over! Net als bij de grote broer geldt: hoe langer de smaken kunnen intrekken, hoe beter.
circa 36 stuks
100 g gele rozijnen
4 el calvados, of appelsap
50 g amandelen
100 g marsepein
100 g zachte boter
75 g suiker
1 vanillestokje
snufje zout
150 g kwark
geraspte schil van 1 sinaasappel
300 g bloem
1 el bakpoeder
½ tl kaneel
½ tl kardamom
afwerken:
75 g boter
100 g gezeefde poedersuiker + wat extra
1. Doe de rozijnen met calvados of appelsap in een kommetje; zet minimaal 20 min. weg. Hak de amandelen fijn en trek de marsepein met je vingers in kleine vlokjes; zet weg. Roer de boter romig met de suiker; splijt het vanillestokje en voeg het merg toe, evenals een snufje zout. Voeg kwark en sinaasapelrasp toe en meng.
2. Zeef bloem, bakpoeder, kaneel en kardemom erboven, voeg de voorbereide amandelen en marsepein toe, evenals de rozijnen inclusief het vocht. Meng alles kort met de hand door elkaar.
3. Verwarm de oven voor op 190 º C en bekleed een bakplaat met bakpapier. Pluk met koele handen steeds hoopjes ter grootte van een flinke walnoot van het deeg, druk ze iets plat en langwerpig (stolvorm) en leg op de bakplaat (ze lopen niet uit, dus je kunt ze vrij dicht naast elkaar leggen). Bak 12-15 min. in de oven; ze moeten een beetje kleur hebben gekregen.
4. Smelt ondertussen de boter. Bestrijk de stolletjes terwijl ze nog warm zijn (!) rondom met gesmolten boter. Wentel ze vervolgens door de poedersuiker en druk de suiker voorzichtig aan. Laat volledig afkoelen en bestuif voor het serveren nogmaals met poedersuiker.
Dit recept is afkomstig uit ons boek BACK! Het Duitse Bakboek, dat je hier en in de (online) boekhandel kunt kopen.
foto © uitg. aagjeblok
Comments