oftewel pastinaakkoekjes.
Wij Aagjes zijn altijd al een voorstander van zoveel mogelijk lokaal en mét de seizoenen eten; dus bij voorkeur geen sugar snaps uit Kenia of Spaanse aardbeien in de winter. En zeker met de huidige prijzen voor bepaalde groentes – door de koude winter in Zuid-Europa zijn de prijzen voor paprika’s, tomaten die ’s winters daar vandaan komen hoog en zijn de schappen zelfs weleens leeg – is het zeker een goed idee om naar ouderwetse wintergroentes van eigen bodem te grijpen. Sommige zijn inmiddels niet langer een ‘vergeten groente’ en ook in de mainstream supermarkt goed te krijgen. Zoals bijvoorbeeld de pastinaak: heerlijk als puree, als basis voor soep of maak er koekjes van!
voor 4-8 eters 2 oude broodjes
500 g pastinaak
1 ui
1 el boter
zout, peper
2 tl kerriepoeder
½ tl komijn (djinten)
4 kleine eieren
1 bosje bieslook, fijngeknipt
broodkruim
2 tl olijfolie
1. Scheur de broodjes in stukken en giet er 150 ml lauwwarm water op. Maak de pastinaken schoon en rasp ze grof.
2. Pel en snipper de ui. Verhit de boter in een antiaanbakpan. Bak daarin ca. 8 min. de pastinaakrasp met de uiensnippers; doe over in een kom en laat afkoelen. Breng op smaak met kerriepoeder, komijn, zout en peper.
3. Verwarm de oven voor op 190 °C. Knijp het brood goed uit en doe het bij de pastinaakrasp. Doe ook de eieren en bieslook erbij en meng alles goed. Voeg vervolgens broodkruim toe tot je een glad, stevig mengsel hebt. Vorm er met vochtige handen kleine, platte koekjes van.
4. Leg de koekjes op een met bakpapier beklede bakplaat. Bestrijk ze met een kwastje heel licht met olie en bak ze 10 min. Keer ze, bestrijk ze weer heel licht met olie en bak nog eens 10 min. tot ze goudbruin en knapperig zijn.
Serveer met een frisse yoghurt-dilledip.
© foto Brebca@adobestock.com Dit recept is afkomstig uit ons boek KOCH! Duitse keuken anno nu, dat helaas niet meer verkrijgbaar is.